Meer blog

'Je moet Samuel Beckett ook beschermen tegen zichzelf'

16/05/2025

Makers Koen Van Kaam en Jorgen Cassier en meditatieleraar Cédric Etienne gaan in gesprek met huisdramaturg Lore Meesters dieper in op de totstandkoming van Zuidpools nieuwste project Wiegelied.

Met haar nieuwste productie Wiegelied nodigt Zuidpool haar publiek uit voor een unieke beleving in de 16de-eeuwse Ignatiuskapel in Antwerpen. De deelnemers worden ontvangen in kleine groep en begeleid in een korte meditatie door ademcoach Cédric Etienne. Daarna horen ze – individueel, in diepe rust – Wiegelied, een korte, indringende tekst van Samuel Beckett over eenzaamheid, verlangen en het zoeken naar jezelf in de ander.

Het idee voor dit project is ontstaan door een krantenartikel over het tienjarige verblijf van Samuel Becketts privébibliotheek in Antwerpen. Waarom is dat artikel zo bij jou blijven hangen, Koen?

Koen Van Kaam: 'Ik wist gewoon niet dat er zoveel kennis over Becketts oeuvre in Antwerpen aanwezig was. Dat verraste mij heel erg.'

'Beckett is in verschillende fases van mijn leven steeds teruggekeerd. Dat komt waarschijnlijk doordat zijn werk universele waarden in zich herbergt die in elke fase van je leven iets anders betekenen. Zo duikt hij telkens opnieuw op.'

'Vlak voor ik naar de toneelschool ging, kon ik me vooral terugvinden in de onmogelijkheid om tot echte communicatie te komen met de ander. Toen we veel later, in 2013, een voorstelling maakten met Wiegelied en nog drie andere korte teksten van Beckett, resoneerde zijn werk helemaal anders bij mij. Als volwassene heb je andere vragen en noden. En je verlangt naar andere antwoorden.'

'Die universele waarden uit Becketts werk worden dus blijkbaar in Antwerpen heel grondig onderzocht. Het onderzoek bestaat niet alleen uit een digitalisering van zijn bibliotheek, maar er wordt ook bekeken hoe hij tot zijn teksten kwam. Het gaat dus over de vraag wie Beckett was en hoe hij in staat is geweest om die universele thema’s vorm te geven op een manier die zo sterk resoneert bij anderen. Zo kwam hij opnieuw op tafel te liggen. Ik voelde dat ik – nog maar eens – iets met hem uit te zoeken had.'

Wiegelied is allesbehalve een gewone theatervoorstelling. Hoe is die bijzondere vorm ontstaan?

Koen: 'Dat is heel intuïtief gelopen. Ik vind dat Becketts korte teksten vaak iets weg hebben van meditatie. Hij daalt af in het bewustzijn om ergens tot een kern te komen, maar die kern blijkt meestal leeg te zijn. Dat is zeer verontrustend.'

Jorgen Cassier: 'Mensen kunnen niet met die leegte om. Daarom wordt zijn werk ook absurd genoemd.'

Koen: 'De laatste tijd maakt meditatie een beetje meer deel uit van mijn leven dan voorheen. Daardoor voelde ik plots dat die twee elementen weleens complementair zouden kunnen werken, zeker in het geval van Wiegelied. Die tekst gaat over een vrouw die op zoek is naar connectie en herkenning in een ander. Uiteindelijk geeft ze dat op en kruipt ze terug in de moederschoot.'

'Op een ander niveau is de vrouw niet zozeer op zoek naar een ander, maar eerder naar zichzelf. Ze concludeert dat je jezelf eigenlijk alleen maar kan zien via de ander, waardoor de vraag rijst of het zelf eigenlijk wel bestaat. Ik hou van zulke verontrustende dingen, omdat ze je ergens mee confronteren.'

'Wiegelied resoneert voor mij met de praktijk van meditatie, omdat ik soms als ik mediteer echt een onmogelijkheid ervaar om in een kern terecht te komen. Daarom wilde ik die twee dingen inhoudelijk met elkaar in dialoog brengen.'

Welke ervaring hebben jullie zelf met meditatie tot hiertoe?

Jorgen: 'Toen ik in het laatste jaar van mijn studies zat, ging ik vaak in de theaterzaal liggen en dan zette ik Music en Words op. Dat is een monoloog van Beckett waaronder je een orkest hoort dat enkel en alleen maar hun instrumenten stemt. Ik liet dat stuk, dat ongeveer een uur en een kwartier duurt, dan tot mij komen en ging heel bewust liggen ademen. Ik was dat totaal vergeten, maar ik moet er nu plots opnieuw aan denken.'

Afbeelding
© Koen Broos
© Koen Broos

Koen: 'Toen ik voor de eerste keer met meditatie in aanraking kwam, toonde ik vooral een groot onbegrip. Dat is gegroeid. Ik voel nu wel een resonantie met de praktijk, maar ik ben er ook nooit volledig ingedoken. Als ik mezelf vergelijk met Cédric en de toewijding die hij heeft, moet ik eerlijkheidshalve toegeven dat ik maar een amateur ben die doet alsof hij weet wat meditatie is.'

'Maar als ik naar de wereld om me heen kijk, heb ik wel het gevoel dat het zin heeft dat mensen blijven geconfronteerd worden met wat het is om af en toe even te stoppen en stil te staan. Veel meer dan in de vorige eeuw voel ik iets dat almaar voortdendert en zie ik een grote muur op ons afkomen. Ik voel niet alleen in mezelf, maar overal om me heen een hele grote nood om af en toe even te stoppen.'

Herken jij dat gevoel en is dat ook een van de redenen dat je zelf meditatie beoefent, Cédric?

Cédric Etienne: 'Ik zie meditatie meer als verschillende energetische velden, waarvan de innerlijke stilte er één is. We zijn als 21ste-eeuwse wezens zo afgeleid en geconditioneerd door alle externe prikkels, dat we onze kern vaak negeren, vergeten of faken. Als ik dan tien dagen op stilteretraite ga, is dat om die prikkels radicaal te elimineren en terug te keren tot de verontrustende stilte en die te omarmen. De eerste dagen is dat intens, maar eens je opnieuw je onbeïnvloede kern bereikt, geeft dat een kick.'

'Maar er zijn verschillende gelaagdheden in die praktijk. Ook in het dagelijkse leven is meditatie voor mij een tool om te zuiveren, net zoals wanneer je gaat joggen of op je eten let. Ik kan heel snel schakelen en terug aarden in mijn kern. Meditatie is een soort energetische cleanse: je bekijkt wat je wil bijhouden en wat je wil loslaten. Mensen zien meditatie nog vaak als iets heel zweverigs, maar ik wil dat beeld graag verhedendaagsen.'

'In dit project krijgt de meditatie ook een poëtische laag. Het is een uitnodiging om op een niet-beïnvloede manier naar de tekst te luisteren. Iedereen van het publiek komt binnen met bagage: mensen zijn nog bezig met een vergadering, hun to-dolijst of de file waar ze uitkomen. De bedoeling van de meditatiesessie is dat ze echt landen in de ruimte en bewust openstaan om naar Wiegelied te luisteren. Ik geloof heel sterk dat meditatie veel geluk kan losmaken door de vaardigheid aan te leren om heel bewust open te staan voor de beleving van het moment.'

Voelde jij net als Koen een complementariteit tussen Wiegelied en de praktijk van meditatie?

Cédric: 'Toen ik de tekst voor de eerste keer las, viel me direct op hoe beladen die is. Maar de zoektocht naar een kern en het verontrustende gevoel dat ontstaat wanneer die leeg blijkt te zijn, is wel iets waar ik mee kan levelen. Ik denk dat de integratie van meditatie in deze ervaring een boeiende manier is om ervoor te zorgen dat de mensen sterker staan in hun leegte, waardoor ze de beladenheid van Wiegelied kunnen ontvangen. Ik ben heel benieuwd hoe de mensen de tekst beleven na die zuivering en of de meditatie een amplificerend, emotionerend of troostend effect heeft.'

Het is al een paar keer benoemd: de tekst is vrij beladen. Waarom willen jullie hem toch met het publiek delen?

Koen: 'Ik zei net dat het verontrustend is hoe Beckett je steeds confronteert met een lege kern, maar het is ook troostend. Die leegte zelf is meedogenloos, maar het feit dat ze erkend wordt en in een kunstwerk vervat wordt, biedt troost. Dat is wat ik zo goed vind aan kunst: ze is in staat om zulke gevoelens te erkennen en er vorm aan te geven. Maar ik maak me geen illusies, ik denk dat het onvermijdelijk is dat je bij sommige mensen ook weerstand gaat voelen.'

Afbeelding
© Koen Broos
© Koen Broos

Cédric: 'Wij vinden leegte verontrustend, omdat we dat niet gewoon zijn. We duwen haar weg en proberen ze te vullen met spullen en prikkels. Het is een heel zware praktijk om die leegte te omarmen, maar op die manier bereik je wel je puurste staat van zijn.'

In de kern gaat het er dus vooral over om mensen nog eens heel bewust iets te laten ervaren, los van wat ze dan ervaren?

Koen: 'Ja, want daar heb je uiteindelijk toch geen controle over. Vanuit een zekere ondeugendheid vond ik het in het begin een leuk idee om het meditatieve streven naar harmonie naast Becketts overtuiging dat die harmonie niet bestaat te plaatsen. Ik dacht dat dat contrast hard zou aankomen, maar dat is niet helemaal zo. Ik vind het ook helemaal niet meer belangrijk. Als dat het opzet is, wil je de mensen toch nog met iets confronteren en dat verlangen voel ik nu niet meer.'

Jorgen: 'Toch gaat het onvermijdelijk voor een confrontatie zorgen. Mensen gaan nog te vaak naar het theater in de verwachting dat ze naar iets gaan kijken dat niet echt is. Nu wordt je plots geconfronteerd met iets dat wel degelijk heel echt is. In het beste geval is die confrontatie wel heel liefdevol.'

Hoe zou Beckett naar deze ervaring gekeken hebben?

Koen: 'Heel streng, dat is algemeen over hem geweten. Zijn werk is ongelofelijk meticuleus en minutieus, dat zie je ook aan zijn regieaanwijzingen. Zijn voorstellingen zijn – inclusief die aanwijzingen – heel streng beschermd. Bij onze voorstelling Beckett (2013) hebben we echt geprobeerd om ons volledig aan zijn oorspronkelijke regieaanwijzingen te houden. Door je compleet te onderwerpen aan zijn wil, apprecieer je nog meer hoe nauwgezet hij de menselijke ziel heeft proberen omzetten in vorm en klank.'

'Ik ken Beckett niet qua temperament, maar ik denk dat hij bijna geen enkele opvoering van zijn stukken goed zou vinden. In dat opzicht gaat dit project er al helemaal los over. Hij zou waarschijnlijk zeggen dat de combinatie van Wiegelied met meditatie de ontkenning van de tekst zelf is. Maar Beckett moet ook beschermd worden tegen zichzelf. Een waarde kan alleen universeel blijven als je ze in elk tijdsgewricht betekenis geeft en laat resoneren. Anders loop je het gevaar dat het gedateerde museumstukken worden.'

Wiegelied is oorspronkelijk een stuk zonder muziek, maar tijdens dit project weerklinkt naast de tekst ook orgelmuziek. Vanwaar die keuze?

Jorgen: 'In het oorspronkelijke stuk luistert de vrouw naar een opname van haar eigen stem. Telkens wanneer die stem stopt met praten, zegt zij "nog" en dan praat de stem verder. Op die manier is de tekst in vier delen opgedeeld. Nu krijgt het publiek de tekst rechtstreeks te horen, waardoor het dubbele niveau van de vrouw die naar zichzelf luistert wegvalt. Door tussen de delen muziek te spelen, kun je op die momenten toch een andere ruimte en een ander perspectief binnenbrengen.'

Koen: 'Paradoxaal genoeg versterkt de aanwezigheid van geluid ook heel vaak de stilte, door er extra aandacht voor te vragen. Dat wist Bach bijvoorbeeld heel goed. Bovendien bestond Becketts onderzoek altijd uit het ombuigen van tijd en ruimte. Frequentie – wat muziek in essentie is – is dan een manier om te communiceren met die ruimte waarin je je bevindt.'

Waar heb je naar gezocht bij het maken van de muziek, Jorgen?

Jorgen: 'Ik voelde op een bepaald moment dat deze tekst verstilling en leegte nodig heeft. Ik ben dus beginnen spelen met de mogelijkheid om het orgel eerst enkel lucht te laten blazen en daar langzaam klank in te brengen. Van daaruit ben ik verder beginnen zoeken.'

Afbeelding
© Koen Broos
© Koen Broos

'Wanneer je muziek maakt, creëer je meestal muzikale vormen, bijvoorbeeld via herhaling, ritme of intensiteit. Wat me bij dit project fascineert, is dat het op een gegeven punt niet meer uitmaakt of er vorm of vormeloosheid is. Door de zoektocht naar de leegte en een soort van nulpunt, komt er een moment waarop alles samenvalt en vorm en vormeloosheid elkaar opheffen.'

Het klankbeeld is ook extra bijzonder door het instrument. In een gewone theatervoorstelling zal je niet zo snel een kerkorgel horen, maar op een locatie als de Ignatiuskapel biedt die mogelijkheid zich ineens aan.

Jorgen: 'Dat is wat zo'n kleinschalig project prettig maakt. Je zit plots op een locatie met zo'n bijzonder instrument. Het zou onnozel zijn om daar niets mee te doen.'

In dat opzicht heeft het project eigenlijk op een heel meditatieve manier vorm gekregen: het vertrekt echt vanuit een observatie van wat de ruimte te bieden heeft.

Jorgen: 'Ja en bovendien hebben we er heel bewust voor gekozen om geen enkele technische ingreep in die ruimte te doen. We hadden ze bijvoorbeeld kunnen verduisteren of paarse lichten kunnen installeren, maar we wilden de plek houden zoals ze is.'

Koen: 'Het project zou er daarom op elke locatie anders uitgezien hebben. We zijn niet op zoek gegaan naar een plaats met een kerkorgel. De vraag was simpelweg wat er in deze ruimte en op dit moment resoneerde.'