© Wendy Marijnissen

Al te luide eenzaamheid

Zuidpool

De Praagse auteur Bohumil Hrabal schetst een rauw en pijnlijk grappig portret van een papierpletter die de mooiste boeken van de vernietiging redt. Met wat hij vindt, probeert hij zin te geven aan zijn leven en aan de wereld rondom hem. Op zijn ondergrondse vuilnisbelt verheft hij zich tot filosoof, estheet en diepzinnige levensgenieter. Tot alles hem plotseling ontnomen dreigt te worden.

Koen van Kaam speelt. Jorgen Cassier maakt live muziek. Koen De Sutter regisseert.

Al te luide eenzaamheid werd geselecteerd voor Het Theaterfestival 2015.

Bohumil Hrabal (1914-1997) werd door zijn landgenoot Milan Kundera ‘de koning van de Praagse letteren’ genoemd. “Hrabal belichaamde als geen ander het fascinerende Praag. Hij paart volkse humor aan barokke verbeelding.” Hrabal studeerde rechten, maar werkte liever als arbeider in het theater, bij de spoorwegen, in de staalindustrie en in het oud papier. Hij stond bekend als notoir cafébezoeker, voorzichtig dissident, sceptisch volksmens, jichtig duivenvoederaar en fantastisch verhalenverteller. Hij geldt als één van de grootste Oost-Europese schrijvers van de 20ste eeuw. Hrabal combineert een uiterst toegankelijke, volkse stijl met invloeden uit het surrealisme en existentialisme met een bijzonder gevoel voor humor. De novelle Al te luide eenzaamheid, geschreven tussen 1972 en 1976, is volgens velen zijn mooiste werk.

“De manier waarop Koen van Kaam de rol tot leven wekt is in al zijn doorleefdheid een van de meest indrukwekkende acteerprestaties die de afgelopen jaren te zien waren in het theater van de Lage Landen. … Zoveel dosering, zoveel kwetsbaarheid, zoveel luciditeit en tegelijk ook zoveel diepgang in één rol: het werd zelden eerder vertoond. … Een voorstelling die zo in het kleine rijtje mag van voorstellingen die je gezien moet hebben. … En niet in het minst omdat te vermoeden valt dat de onvoorwaardelijke verdediging van de schoonheid, de wijsheid en het recht om nieuwsgierig te zijn, wars van de kilheid van een doorgedreven efficiëntiedenken, nog wel een tijdje relevant zal blijven.”
(ETCETERA, Tom Rummens)

“Met Al te luide eenzaamheid, een bewerking van de gelijknamige roman van de Tsjechische schrijver Bohumil Hrabal, bevestigt het Antwerpse gezelschap eens te meer zijn status als rebelse leerling van de theaterklas. Het liefst tast het achteraan op de boekenplank naar teksten die zich minder vanzelfsprekend lenen voor de scène — om er liefdevol en vaak uitdagend theater mee te maken. Geen ander gezelschap gaat zo compromisloos om met tekst, omwille van de taal, de muzikaliteit en de ideeën op zich. En die overtuiging, dat acteurs in de eerste plaats letterknechten zijn, belichaamt Koen van Kaam hier in de rol van zijn leven, in stoffige kleren, met gebogen schouders en naar woede neigende twijfel in de stem. In een tijd waarin bibliotheken dreigen te verworden tot rariteitenkabineten in kelders, huldigt zijn bescheiden spel de zorgzaamheid van de erudiet.”
(JURY THEATERFESTIVAL 2015)

Al te luide eenzaamheid is intiem verteltheater over de existentiële eenzaamheid waarin we onszelf ingraven door als samenleving zo op megalomanie en meetbare prestaties te kicken. Dit kleinood — secuur opgebouwd uit de woorden van Hrabals bloedmooie novelle — is een te koesteren ode aan het durven teder, kwetsbaar, traag en romantisch in het leven staan, met onder elke arm een parel van boek vol zinnen die je in kleine hapjes degusteert als waren het exquise amuse-gueules.” ****
(FOCUS.KNACK, Els Van Steenberghe)

Zelden zag je Koen van Kaam zo kwetsbaar spelen: bonkig en met vuile vegen, tegelijk zo deemoedig met Hrabals verkleinwoordjes. Als een kind dat naar taal reikt als naar hoge druiven, en hun smaak pas al proevend leert kennen: zo wekt Koen van Kaam een zoete rust bij alle bedrukte chaos van het toneelbeeld. Ziedaar de kunst van de verteller: adem geven tussen de lijnend oor, versterkt door Jorgen Cassier aan de zware en de lichte toetsen van twee piano's. … Precies die ode aan het woord als elke Zuidpool-productie.” ****
(DE STANDAARD, Wouter Hillaert)

Een sublieme vertolking … In een tijd waarin vooruitgang, automatisering en efficiëntie sleutelwoorden aan het worden zijn, is hij een solitaire behoeder van een cultureel bewustzijn dat door de gemechaniseerde nieuwe tijd wordt genegligeerd. … Het is diezelfde overgave waarmee Koen van Kaam, op een prachtige scène vol afgeleefde boeken, de zaal meeneemt in het labyrint van Hrabals vertelkunst.” ****
(CUTTINGEDGE, Jan-Jakob Delanoye)

“Een stille, indringende monoloog … Het is het existentieel verzet van een man tegen de ontmenselijking in de vooruitgang, warm en ingeleefd vertolkt.” ****
(THEATERKRANT.NL, Tuur Devens)

“Koen van Kaam speelt een geweldige solo als een man die zijn leven slijt in een Praagse kelder en met een mix van fantasie en filosofie een overlevingsstrategie uitdenkt die je nog zou benijden ook.”
(DE VOLKSKRANT, Top 10 van het seizoen, Karin Veraart)

Zelden maken spel, tekst en beeld zo invoelbaar hoe mensen betekenis geven aan hun bestaan via kleine dingen, zoals Hanta die tussen het papier dat hij plet altijd iets moois verbergt, zoals een prent van Rembrandt. En zelden wordt zo duidelijk hoe leeg het leven zou worden als je die kleine vreugdes wegneemt, en alle papier industrieel laat pletten.” ****
(NRC, Sabeth Snijders)

Twee uur lang haakt Van Kaam zich in je vast met deze solo, een trip langs zwarte werkelijkheid en weirde fantasie, langs vunzigheid en filosofie, langs het onderbewuste en al te bewuste.” ****
(DE VOLKSKRANT, Karin Veraart)

Kwetsbare apologie voor in de steek gelaten schoonheid die zich niet (meer) verdedigen kan … Wat een voorstelling!
(DE GROENE AMSTERDAMMER, Loek Zonneveld)

SPEL Koen van Kaam
COMPOSITIE & LIVEMUZIEK Jorgen Cassier
REGIE Koen De Sutter
TEKST Bohumil Hrabal (1976)
VERTALING Kees Mercks
TECHNIEK David Van Hove / Thomas Cuyckens / Anne Straetmans
PRODUCTIE Theater Zuidpool